Een mensenleven bestaat voor een groot deel uit plannen maken en uit het wel of niet uitvoeren van die plannen. Dat is bij mij niet anders, zij het dat ik altijd nogal een hoog plannen-ambitieniveau gehad heb. Dat betekent dus dat ik altijd zóveel plannen heb gemaakt dat de uitvoering ervan veel meer zou vergen dan één mensenleven. Maar ik had al lol bij het maken van de plannen en ik heb me dus ook nooit verveeld.
Nog steeds heb ik een hele stapel plannen liggen. De meeste daarvan zullen nooit meer door mij worden uitgevoerd. Maar de hele kleine plannetjes die ik nog vanaf mijn plekje op de bank kan overzien, probeer ik toch nog uit te voeren. Een mens zou ook geen mens meer zijn als zodra hij/zij zou afzien van het uitvoeren van plannetjes.
Doel
Goed, die kleine plannetjes dus, waarmee ik me wil bezighouden. Het zijn inspanningen van niks, maar toch kosten ze me tegenwoordig enorme moeite. Tien minuten proberen iets in elkaar te naaien, kost vervolgens minstens drie kwartier uitrusten.
Het doel waarmee ik tegenwoordig plannen uitvoer, verschilt nogal van het motief waarmee ik dat voorheen deed. Voorheen voerde ik een plan uit puur vanwege het resultaat van dat plan. Tegenwoordig doe ik het omdat plannetjes uitvoeren mijn mens-zijn kenmerkt. Want ik kan echt wel zónder dat in elkaar genaaide etui, maar ik móet het in elkaar naaien, omdat ik anders niet meer het mens ben dat ik wil zijn en altijd geweest ben. Huisgenoot S laat me dus maar aanklungelen, hoe onhandig ook, want daar voel ik me het beste bij. Hij maakt het me gemakkelijk, voor zover dat enigszins mogelijk is, maar laat me vooral in alle rust modderen. Ook dát is pure liefde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten